De stille Joske (ca. 12) vindt het afschuwelijk in de brugklas. Ze wordt er gepest omdat ze in een dorp woont, op een kaasboerderij. Thuis moet ze vaak helpen met kaas maken en op haar drie jongere broertjes passen. Haar ouders hebben geen tijd om echt naar haar te luisteren. Gelukkig geeft het zwemmen in een meertje dicht bij de boerderij Joske rust. Dan denkt ze niet aan die rotmeiden op school, maar wel aan de aardige Syrische klasgenoot Fouad, die nog maar kort in Nederland is. Joske en hij helpen elkaar soms. Tijdens een klassenuitstapje naar het bos komt Fouad in het meer terecht. Hij blijkt niet te kunnen zwemmen. Het verhaal geeft goed weer wat de impact is van arrogant gedrag, pesten en discrimineren. Met name Joske en Fouad komen psychologisch goed uit de verf. Het verhaal zal met name jongeren die zich anders-dan-de-anderen voelen zeker aanspreken. Eenvoudig taalgebruik, betrekkelijk korte zinnen gedrukt in dyslexie-vriendelijk lettertype, achttien korte hoofdstukken met overzichtelijke alinea’s en veel zwart-witte tekeningen die de sfeer van het verhaal goed weergeven.. Vijfde deel uit de reeks 'Het talent van....'*. Het boek kreeg het keurmerk Makkelijk Lezen. Voor moeizaam lezende jongeren, ook in de brugklassen, vanaf ca. 11 jaar.